door Eddy van Dijken, musicus Nederlands Balletorkest
foto: orkest door Ger van Leeuwen
“Deze foto van het Balletorkest stamt uit de beginperiode van het orkest – de roerige jaren rond 1965. Zowel het Nederlands Dans Theater, als het Nationale Ballet wilden meer met een symfonieorkest werken en verzochten de regering ieder om een eigen orkest. Er werd één orkest in het leven geroepen, bestaande uit 45 musici, dat speelde voor beide gezelschappen. Ik was daarin eerste hoornist, maar trad daarnaast ook veelvuldig op als pianosolist. In de eerste seizoenen begeleidden wij 120 voorstellingen; zestig voorstellingen voor elk gezelschap. Later werden dat er beduidend meer. Aangezien we veel en vooral grote en gevarieerde partituren speelden, groeide het orkest snel. Niet alleen in aantal musici, maar ook in kwaliteit. Men is nu gewend aan een vaste planning en een strak schema, maar zeker in deze beginperiode bestond een grote mate van flexibiliteit binnen de programmering. Niet avond aan avond hetzelfde, maar wisselende programma’s die soms op de dag zelf nog werden veranderd. Bijvoorbeeld vanwege een blessure. Een enorme uitdaging natuurlijk voor het orkest. Soms had je in Tilburg opeens een extra trombone nodig, en in Enschede een fluitist te veel!
Beide balletgezelschappen hadden een eigen dirigent. Een juist tempo, een correcte inzet; het is bij iedere danser en bezetting weer anders. Daarnaast verschilt dit voor klassiek en modern ballet. De eerste dirigent voor het Nederlands Dans Theater was Louis Stotijn. Hij begeleidde het gezelschap al langer, maar dan met verschillende orkesten. Eén van zijn opvolgers, Jan Stulen, heeft bijzonder veel voor het orkest en het Nederlands Dans Theater betekend. Onder begeleiding van Stulen hebben we veel gereisd. We volgden het gezelschap Europa door. Het is bijna niet meer voor te stellen, een heel gezelschap én orkest op tournee, maar Carel Birnie kreeg dit financieel voor elkaar. Een fenomenale man. Hij wilde nergens van horen, alles moest gebeuren. Een deel van het orkest op de gang, omdat de bak tóch te klein was? De instrumenten in het gangpad van een klein DC-3 vliegtuig, zodat zelfs de stewardess er niet meer langs kon? De gekste dingen. In de wereld van Birnie, de vroege jaren van het orkest, was niets onmogelijk.”